In het Rose Virginie Center van de zusters van de Goede Herder krijgen jonge vrouwen een beroepsopleiding. Velen komen uit regio’s waar de burgeroorlog heerst. Hun toekomst is ongewis.
Anna* had zich na haar aankomst in Mandalay lange tijd eenzaam gevoeld. Ze verstond de taal van haar medescholieren niet en vond met moeite vriendinnen. Maar voor haar droom, textielontwerpster te worden, verliet ze haar thuis.
De jonge vrouwen in het Rose Virginie Center komen uit verschillende regio’s en spreken verschillende talen. De meesten komen uit burgeroorlogsgebieden met weinig opleidingsmogelijkheden. “We wilden een beroepsopleiding opzetten voor meisjes uit achtergestelde gemeenschappen”, zegt zuster Regina Htoo Htoo, die meehielp het centrum in 2016 op te richten.
“Ieder jaar nemen wij 50 jonge vrouwen op voor een opleiding tot naaister, kapster of schoonheidsspecialiste”, vertelt zuster Regina Htoo Htoo, die de meisjes psychologische begeleiding geeft. Veel van de jonge vrouwen dragen ervaringen van geweld, vlucht of verlies met zich mee. Sommigen hebben amper contact met hun familie omdat die in vluchtelingekampen verblijven waar mobiele telefoons geen bereik hebben. Zuster Regina helpt hen om te gaan met scheiding en onzekerheid.
Anna volgt de naaicursus. “Ik houd ervan om te naaien”, zegt de 17-jarige. Ze is vooral geïnteresseerd in ‘longhi’s’, traditionele kledingstukken van katoen of zijde. Inmiddels heeft ze veel vriendinnen gevonden. “Toen ik ziek was, zorgden ze allemaal voor mij, als een familie”, vertelt ze. Anna droomt ervan ontwerpster van traditionele kleding te worden en een eigen winkel te openen.
Of Anna en de anderen hun opleiding kunnen afronden, is ongewis. Sinds februari 2024 kunnen ook vrouwen tussen 18 tot 27 jaar opgeroepen worden voor de dienstplicht. Veel meisjes in het centrum waren gechoqueerd. “De helft wist niet of ze zouden blijven of teruggaan naar hun eigen thuisregio”, vertelt zuster Regina. “We hebben hen aangemoedigd om met hun ouders te praten en te luisteren naar hun hart. 35 besloten hier te blijven.”
In deze onzekerheid is het moeilijk een goede leeromgeving te scheppen, weet zuster Regina. “We creëren stiltemomenten waar we naar elkaar luisteren en weten hoe het echt met ons gaat”, vertelt ze. “We delen onze energie en ondersteunen elkaar.” Zo lukt het de scholieren en leerkrachten beter om zich door het dagelijkse leven te slaan.
De aardbeving eind maart in Myanmar heeft Mandalay zwaar getroffen. Niemand in het centrum raakte gewond, maar het gebouw liep schade op. Daarom trokken de zusters en meisjes naar een noodonderkomen buiten de stad. Samen deelden ze water en levensmiddelen uit aan behoeftige mensen. Voor hen is het duidelijk: de opleiding in het centrum zal op een dag verdergaan. Van opgeven is geen sprake.
*naam veranderd